Pensioenwet

Een aantal belangrijke onderwerpen in de Pensioenwet:

Pensioenuitvoerders hebben het recht om kleine pensioenaanspraken af te kopen;

De financiële zekerstelling door pensioenfondsen is wettelijk vastgelegd. Werknemers kunnen er met een hoge mate van zekerheid op vertrouwen dat het pensioen wordt uitgekeerd;

Verzekeraars en pensioenfondsen zijn verantwoordelijk voor de voorlichting aan deelnemers aan een pensioenregeling. Dit betekent onder meer dat zij de deelnemers minstens jaarlijks moeten informeren over opgebouwde aanspraken en eventuele aanpassingen;

Voormalige deelnemers aan een pensioenfonds worden eens per vijf jaar geïnformeerd over hun pensioenaanspraken;

Als pensioenfondsen de pensioenen niet aanpassen aan de inflatie, moeten zij hun deelnemers en gepensioneerden daarover helder informeren;

De taken van werkgever, werknemer en de pensioenuitvoerder zijn uitvoerig in de Pensioenwet beschreven, zodat duidelijk is wie van deze partijen waarvoor verantwoordelijk is;

Het bestuur van het pensioenfonds dient jaarlijks verantwoording af te leggen over het gevoerde beleid aan een verantwoordingsorgaan. Daarnaast is er een adequaat en transparant intern toezicht op het eigen functioneren van het bestuur ingesteld. Dit toezicht wordt gedaan door onafhankelijke deskundigen. Er wordt gekeken naar beleids- en bestuursprocedures en processen, de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt bestuurd en aangestuurd en de wijze waarop wordt omgegaan met de risico’s op de langere termijn voor het pensioenfonds;

Het toezicht op het uitvoeren van de wettelijke regels is in handen van De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten (AFM).